Wallenstein, CEO avant la lettre
Achtergronden bij Wallenstein.
Bij leven was Wallenstein al een mythe. Er deden, ook toen al, allerlei flauwekulverhalen over hem de ronde. Er bestaan immens veel bronnen over deze houwdegen. Er is veel literatuur; er zijn toneelstukken over hem geschreven; er zijn brieven; officiele documenten; er is veel geschiedschrijving. Het zal dus geen verbazing wekken dat er ook veel onzin over Wallenstein is geschreven. Veel overdrijving en heel veel leugens.
Zelfs de officiële historiografie bleef niet vrij van tendentieuze subjectieve observaties. Het is derhalve beslist noodzakelijk om bij de bestudering van het leven van Wallenstein uiterst voorzichtig te werk te gaan. Er bestaat heel erg veel verkeerde beeldvorming (zelfs zgn wetenschappelijk getoetst!) en veel opvattingen over Wallenstein zijn niet gebaseerd op de werkelijkheid.
Er bestaan tienduizenden schriftelijke bronnen van en over Wallenstein. Vele van deze bronnen zijn niet gebaseerd op de waarheid, op de werkelijkheid. Toch werden deze onjuiste bronnen in de historiografie van de negentiende eeuw gebruikt en zij bevestigden zo het traditionele slechte imago van Wallenstein.
Er bestond dus van het begin af aan door onwetenschappelijke mythevorming een verwrongen beeld van het leven van Wallenstein.
De reden hiervan is onder meer, zoals reeds gezegd, de enorme hoeveelheid schriftelijke bronnen.Ondanks deze overvloed aan historische bronnen is er dus toch sprake van veel hiaten en van veel eenzijdige correspondentie. Bovendien schijnt het zo te zijn dat een niet onaanzienlijke hoeveelheid “ongemakkelijk materiaal” na de dood van Wallenstein gewoon is vernietigd. Hierdoor ontstonden grote problemen met de interpretatie van de overgebleven bronnen. Uiteraard zien we het fenomeen dat geschreven bronnen vaak worden overgewaardeerd. Daarbij komt ook nog het feit dat Wallenstein zelf veel tegenstrijdige zaken in de door hem opgestelde en geschreven documenten vermeldde.
Het zal dus duidelijk zijn dat het niet zo eenvoudig is om een eenduidig beeld te krijgen van Wallenstein, van zijn leven en van de invloed die hij mogelijk had op het verloop van de geschiedenis.
Hoe zit het met het karakter, met de persoonlijkheid van Wallenstein. Die kennis is immers van groot belang om zijn motivatie te weten te komen.
De traditionele kijk op Wallenstein is als volgt: zeer intelligent, een briljant organisator. Maar ook hardvochtig, aanmatigend en rancuneus. Hij was bijgelovig en deed veel aan astrologie (wordt dus gezegd!!). Bovendien zou hij ook hebzuchtig en onvermoeibaar ambitieus zijn geweest.
De Engelse historicus meneer Geoff Mortimer probeert in zijn boek “Wallenstein, the enigma of the thirty years war” het blazoen van Wallensein te zuiveren. Hij doet erg zijn best om allerlei zaken van diverse kanten te belichten etc., maar het blijft, naar mijn bescheiden mening, een beetje een verkrampte poging om Wallenstein alsnog op het schild van de perfectie te tillen. Het is misschien pedant van mijn kant, maar ik geloof de interpretatie van meneer Geoff Mortimer niet zo erg! Hieronder geef ik op zeer beknopte wijze de versie van meneer Mortimer weer.
In zijn jeugd was Wallenstein “One of the boys”. Een machomannetje dat lekker kon drinken, vechten en met een grote Tsjechische mond kon schelden. Een populair type dus. Hij maakte steeds een goede indruk!?! Zijn twee huwelijken waren niet slecht, volgens Mortimer. En….misschien heeft hij wel van zijn twee echtgenotes gehouden (sic). Ook onderhield hij levenslange vriendschappen (Harrach, Eggenberg, en von Arnim). Zijn eerste biograaf, graaf Galleazzo Gualdo Priorato, schrijft eigenlijk niet negatief over Wallenstein. Wallenstein zou in zijn jeugd een hartelijke man zijn geweest. Ik ben zo vrij hier al mijn vraagtekens te plaatsen. Uit alles blijkt namelijk dat Wallenstein een ruwe vechtersbaas was met een grote Tsjechische bek. Dus niks “hartelijk” en wat dies meer zij.
Mortimer vermoedt dat latere gebeurtenissen, zijn ziekten (jicht en maaglijden), de daarmede samenhangende constante lichamelijke pijn en het vergeefs zoeken naar vrede (???) van Wallenstein een moeilijk mens hebben gemaakt. Wallenstein had een scherpe tong en kon soms best wel opvliegend zijn. Mortimer vindt, en daar heeft hij in zijn algemeenheid natuurlijk helemaal gelijk in, dat historische personen zoals Wallenstein beoordeeld dienen te worden in het licht van de cultuur en de omstandigheden van hun eigen tijd en dat zij zeker niet dienen te worden beoordeeld aan de hand van de waarden en normen die wij tegenwoordig hanteren. Dit lijkt mij een open deur. Wallenstein zou best wel hebzuchtig zijn geweest, maar zeker niet hebzuchtiger dan zijn “gelijken”. Hij zou gebruik hebben gemaakt van de mogelijkheden, maar dat zou, volgens Mortimer, geen bewijs zijn geweest van zijn obsessieve drang naar bezitsvermeerdering. Wallenstein was, ondanks militaire benauwenissen, altijd en eeuwig in de weer met zijn verworven hertogdom Friedland. Door het organiseren van dit Hertogdom tot één groot territorium ontstond een economische eenheid met een effectiviteit die veel groter was dan voorheen. Er ontstond een soort symbiotische verhouding tussen de economische activiteit en de daaruit voortvloeiende productie van voedsel en goederen en de noden van zijn door hemzelf georganiseerde legers. Wallenstein voer er wel bij. Maar ook de bevolking deelde mee in de aldus gegenereerde welvaart. Mortimer komt dan tot de conclusie dat Wallenstein goed was voor zijn volk. Ook Mecklenburg en Sagan (stad met ommelanden in Polen) profiteerden van zijn enorme organisatorische talent. Het zou, volgens Mortimer, ook de reden zijn dat een oproep van Gustav Adolf, koning van het agressieve Zweden, aan die gebieden geen gehoor vond.
Op religieus gebied zou Wallenstein ook tolerant zijn geweest. Zijn vijanden zagen dat echter toch iets anders. Zij beschuldigden hem van onverschilligheid, ja zelfs van atheïsme! Op latere leeftijd ontwikkelde Wallenstein een heftige afkeer van de orde van Jezuïten. Tijdens de laatste jaren van de machtspositie van Wallenstein waren het namelijk vooral de Jezuïten rond Ferdinand II, de keizer van het Heilige Roomse Rijk, die stemming maakten ten nadele van Wallenstein. Zo werden deze geestelijken de grootste vijanden van Wallenstein.
Als generaal en militair opperbevelhebber leek Wallenstein niet op zijn militaire soortgenoten! Hij nam weinig deel aan echte grote militaire veldslagen. Lützen en Dessau waren eigenlijk de enige grote veldslagen waar hij rechtstreeks en actief bij betrokken was. Zijn tactiek was er altijd voor te zorgen dat hij betere troepen had dan zijn tegenstanders. Hij was als generaal eigenlijk geen leeuw maar meer een vos. Brute kracht tegen slimheid. Wallenstein combineerde militaire en politieke kracht met als doel de tegenstanders te slim af te zijn, door hen militair te verslaan als het echt niet anders kon, maar boven alles om hen te dwingen tot vrede zonder dat zij hun oorspronkelijke doelen hadden bereikt. Wallenstein was, naast Gustav Adolf, een van de grootste militaire strategen van zijn tijd.
Het grootste vooroordeel met betrekking tot Wallenstein, vindt Mortimer, is de overtuiging dat hij grenzeloos en ziekelijk ambitieus zou zijn geweest. Een overtuiging die tot de dag van vandaag voortduurt. Ortimer is het daar niet mee eens. Volgens meneer Mortimer zag Wallenstein slechts kansen en greep hij die vervolgens. Zo kun je het ook omschrijven! Het hangt er maar vanaf welke politieke kleur je hebt als hedendaagse geschiedschrijver. En ik kan me niet aan de indruk onttrekken dat meneer Mortimer een liberaal conservatieve overtuiging heeft. Op basis van deze politieke overtuiging probeert meneer Mortimer Wallenstein gunstiger te portretteren, dan tot nu toe is gebeurd. Mortimer maakt zich derhalve schuldig aan de wetenschappelijke zonde die hij zelf zo vurig zegt te willen bestrijden.
Volgens meneer Mortimer hield Wallenstein zijn lot in eigen handen en was misschien meer een opportunist dan dat hij daadwerkelijk een echte “streber” was. De vijanden van Wallenstein hebben na zijn dood (moord) zijn goede naam bezoedeld door hem retrospectief allerlei akelige eigenschappen toe te kennen, zoals afgunst, wreedheid etc. Wallenstein was volgens Mortimer eerder een handige bliksem die middels de door hem georganiseerde legers zijn bij elkaar geharkte bezittingen trachtte te beschermen, dan dat hij een doelbewuste wrede machtswellusteling was. Als militair opperbevelhebber zou Wallenstein nooit de echte intentie hebben gehad om politieke invloed uit te oefenen.
Mijn conclusie:
Ik vind dat meneer Mortimer in zijn boek te bevooroordeeld is. Hij trekt mijns inziens conclusies die helemaal niet te trekken zijn. Ik ken de politieke en maatschappelijke achtergrond van meneer Mortimer natuurlijk niet exact, maar ik vermoed dat het daar toch wel iets mee te maken heeft. In ieder geval vind ik dat hij Wallenstein te gunstig afschildert als ik moet afgaan op datgene wat ik aan keiharde feiten over Wallenstein weet. Het verdient dienaangaande aanbeveling om de bekende geschiedenishandboeken over de dertig jarige oorlog te raadplegen.
Als we kennis hebben genomen van de handel en wandel van Wallenstein hoe dient dan ons oordeel te zijn? Of liever gezegd, wat dient dan mijn oordeel te zijn.
Duidelijk blijkt uit de geschiedenis van Wallenstein dat hij een min of meer gewetenloze opportunist was. Hij veranderde van geloof, hij trouwde tot twee maal toe een rijke, machtige vrouw, hij vergaarde op een obsessieve manier geld, bezit en macht, hij was een bedrieger en een manipulator en hij “regelde” zaken in, wat wij nu “achterkamertjes” zouden noemen. Hij beheerde zijn bezit en zijn vermogen zoals het de echte vrek betaamt, namelijk altijd met een ziekelijke in achtname van zijn eigen belang. Wallenstein werd zijn hele leven gedreven door een meer dan gemiddelde drang naar geld, bezit en macht. Macht die hij verwierf met als enig doel om zijn geld en bezit veilig te stellen. Hij werd niet bezield door hogere doelen. Hij hanteerde het zwaard en kwam ook om door het zwaard.
Een vergelijking met het beeld van onze moderne CEO dringt zich op. Wallenstein was een man die in naam religieus was, maar eigenlijk maar één religie aanhing, namelijk de verafgoding van de Mammon. Net als onze eigentijdse CEO’s liet Wallenstein zich niet weerhouden door gewetenswroeging of naastenliefde. Als het nodig was vermoordde hij eigenhandig diegene die tussen hem en het geld of de macht kwam te staan. De kwaadaardige obsessie van Wallenstein met geld, bezit en macht is natuurlijk van alle tijd. Slechts die mensen die er elk moment van hun leven pathologisch en obsessief mee bezig zijn, slagen erin om posities te bevechten met behulp waarvan zij hun hebzucht, machtswellust en drang naar sociaal aanzien op een voor hen adequate wijze kunnen bevredigen. Duidelijk is dat zulke mensen niet uitblinken in naastenliefde en belangeloos handelen. De geschiedenis is vergeven van mensen zoals Wallenstein, want het zijn juist dat soort mensen die per definitie steeds weer binnen een samenleving komen boven drijven. Ter bevestiging van voorgaande hoeft men alleen maar het werk van Charles Darwin en Herbert Spencer te lezen. Het is derhalve helemaal niet verwonderlijk dat tegenwoordig nog steeds het aangezicht van de wereld wordt bepaald door de hebzuchtigen en de machtswellustelingen op deze aarde.
Dit is mijn mening over Wallenstein. Als je je leven laat leiden door de leer van meneer Adam Smith zul je er ongetwijfeld heel anders over denken.
De belangrijkste conclusie moet echter luiden dat we er wel nooit in zullen slagen om de geschiedeniswetenschap geheel waardevrij te krijgen.